Cultivar van de Japanse zuurbes met rode bladeren.
Een doornig struikje uit de Berberisfamilie.
Bloeit met citroengele, geurende bloemetjes.
In de herfst gevolgd door kleine, zure, rode besjes die nauwelijks gegeten worden. Weinig smaak.
Bast en wortels rijk aan berberine, een stof met antibacteriële en ontstekingsremmende eigenschappen.
Gebruikt in de Chinese en Ayurvedische geneeskunde o.a. ter ondersteuning van de spijsvertering en de leverfunctie.
Herfstverkleuring van de bladeren naar oranjerood.
Bladverliezend, maar goed winterhard.
Houdt van een goed doorlatende, lichtzure grond.
In een groepje aangeplant, vormen ze door de doornen een beschutte plek voor nesten van vogels en andere dieren. Lijsters zijn dol op de besjes.
Uit het hout en de bast kan een gele kleurstof worden gewonnen.